Snoeien:
-Snoei alleen als het niet vriest.
-De meeste bladverliezende bomen en heesters kunt je nu snoeien. Na half januari oppassen met het snoeien van de Berk (Betula), Esdoorn (Acer) , Kastanje (Aesculus), Walnoot (Juglans) en de Druif (Vitis). De sapstroom komt alweer op gang. Zou je nu snoeien dan gaan ze bloeden.
-Snoei de leilinde in de periode die loopt van oktober tot maart.
-Wintersnoei blauwe regen, snoei de zijtwijgen tot ongeveer 10 à 15 cm. Deze voorjaarssnoei bevordert bij Wisteria de bloemknopvorming voor het komende voorjaar.
-Bij fruitbomen kun je als het niet vriest en bij voorkeur voor eind februari de kroon open snoeien zodat het centrum voldoende zon en lucht krijgt. Dit geldt niet bij steenvruchten (pruim, kers, perzik enz.) in verband met de kans op loodglansaantasting. Die soorten kunt u het beste direct na de oogst snoeien of wat later in het voorjaar als het blad begint uit te lopen.
-De winterbloeiende struikheide (Erica's) en de winterbloeiende jasmijn mogen na de bloei worden teruggesnoeid. Na het snoeien kunnen deze planten een lichte bemesting goed gebruiken
-Knotwilgen, platanen en bolacacia’s kunnen gesnoeid worden.
Kuipplanten:
-Pak potten met planten bij strenge vorst in met bubbeltjesplastic, om bevriezen van pot en wortelkluit te voorkomen.
-Kijk kuipplanten geregeld na op luis en behandel ze indien nodig, want in een kleine ruimte kan een plaag zich snel uitbreiden.
-De kans bestaat dat planten in de winterberging uitdrogen, denk er aan om ze geregeld water te geven. Blijf ook potten en bakken die onder een afdak staan regelmatig water geven om te voorkomen dat ze uitdrogen.
-Kuipplanten mogen af en toe gelucht worden door bij vorstvrij weer een raam of de deur te openen.
Gazon:
-Loop niet over een bevroren of besneeuwd gazon, dit kan lelijke plekken veroorzaken. die pas tijdens het komende groeiseizoen verschijnen.
-Strooi als het niet vriest een laagje kalk over het gazon, dat helpt om verzuring tegen te gaan en de bodemstructuur te verbeteren.
Vijver:
-Als je een ondiepe vijver hebt van maximaal zo’n 30 cm diep, is het verstandig om de waterplanten binnen te laten overwinteren.
-Zet mandjes met waterlelies zo diep dat ze niet kunnen bevriezen.
-Plaats een of meerdere luchtpompjes in de vijver, zodat je deze net voor de vorst in valt aan kunt zetten.
-Als er sneeuw op de dichtgevroren vijver ligt krijgen vijverplanten geen licht. Maak het ijs deels sneeuwvrij.
De moestuin:
-Zie voor meer info: De tuinkalender voor de moestuin.
Het vermeerderen van planten(stekken, zaaien, delen)
-Je kunt van oktober tot februari winterstekken nemen van bijvoorbeeld bessenstruiken, ligustrum, rode kornoelje, boerenjasmijn, Forsythia, sering, Deutzia, wilgen, populieren, vlier, sneeuwbes en Choisya. Knip takjes af van 30 cm en steek de takjes voor twee derde in de grond. Zorg voor een beschutte plaats of koude kas. Snijd de stek aan de onderkant schuin af en aan de bovenkant recht. Bescherm de stekken wel tegen strenge vorst.
-Je kunt nu ook wortelstek nemen van b.v. Acanthus, Eryngium, Brunneria macrophylla, Echinops(kogeldistel), Dictamnus albus(vuurwerkplant), Pulsatilla vulgaris(wildemanskruid), Stokesia, Verbascum, herfstanemonen. en sommige Geraniumsoorten. Dit gebeurt met planten met vlezige wortels. Graaf de planten op en snijd wat van de wortels af. Daarna kan de plant weer de grond in.. De wortels worden in stukjes van ongeveer 5 cm gesneden. Snijd de onderkanten schuin af en de bovenkanten recht. Steek de stukjes met de schuine onderkant in zaai- en stekgrond. De bovenkant komt net boven de grond uit. Eventueel afdekken met wat fijn grind. Zet de stekken op een koele plek, bijvoorbeeld een onverwarmde kas, of achter een raam van een berging.
Zorg dat de grond vochtig blijft.
Overig:
-Takken in de bloei trekken. Het moet buiten wel eerst een tijdje flink koud geweest zijn. Probeer het eens met de takken van kornoelje (Cornus mas), schijnhazelaar (Corylopsis), hazelaar (Corylus avellana), forsythia, Fothergilla, beverboom (Magnolia stellata) en het amandelboompje (Prunus triloba).
-Narcissen, hyacinten, tulpen, en krokusjes kunt u in bloei trekken door ze op te potten en koel weg te zetten. Zet ze pas warmer als de bloemknoppen zichtbaar zijn.
-Bomen en hagen met blote wortel of kluit en planten in pot kunt u bij vorstvrij weer uitplanten (nachtvorst is géén probleem) Pas aangeplante bomen kunnen na strenge vorst omhoog komen. Controleer ze regelmatig en duw terug aan indien nodig.
-Bij stamrozen zit het oculatiepunt aan het eind van de stam. Pak deze bij strenge vorst in met noppenfolie of stro.
-Gladde paden? Strooi liever zand dan zout, dat is beter voor de planten.
-Controleer de zomerbollen geregeld op rot en gooi beschimmelde bollen weg. Benevel ook losse dahliaknollen als die erg indrogen.
-Hortensia's zijn blij met een extra laagje turf.
-Onder een dikke laag sneeuw kunnen er takken afbreken van groenblijvende heesters, dennen en coniferen. Veeg de sneeuw weg met een bezem.